Stad in as
Op 22 februari 1944 lieten geallieerde bommenwerpers hun explosieve lading boven Nijmegen vallen. Een groot deel van de historische stad werd verwoest. Bij dit bombardement kwamen bijna achthonderd burgers om het leven. De luchtaanval was een onderdeel van de 'Big Week', een operatie waarmee men in de aanloop van D-Day met een reeks bombardementen een einde wilde maken aan de productie in de Duitse vliegtuigfabrieken.
Bombardementen op burgers

Aan het begin van de
Tweede Wereldoorlog probeerde
Adolf Hitler met bombardementen Groot-Brittannië op de knieën te krijgen. Na enkele maanden bleek de Engelse luchtmacht sterker dan verwacht en kwam Duitsland tot het inzicht dat een invasie van het Britse eiland geen succes kon worden.

Deze luchtoorlog, die de naam Slag om Engeland kreeg, vormde de eerste geallieerde overwinning en de eerste deuk in het vertrouwen van militair Duitsland. Duitsland bleef echter doorgaan met bombardementen op Britse steden en zette hiervoor langeafstandsraketten in, ook wel vliegende bommen genoemd, zoals de V1 en V2.
Burgerdoelen

Hoewel Duitsland de erkenning moet krijgen van de noviteit om met bombardementen burgers in steden te treffen - zij hadden deze techniek in de jaren dertig tijdens de Burgeroorlog in Spanje zoals in Guernica ontwikkeld - waren het toch vooral de geallieerden die deze techniek - met als klapstuk de vernietiging van de burgers in Nagasaki en Hiroshima door kernbommen - tot in de finesses uitwerkten.
Bomber Harris

In 1942 werd
Arthur Harris bevelhebber van het Bomber Command van de RAF. Harris kreeg de opdracht om het Duitse militair-industriële potentieel door middel van stelselmatige luchtbombardementen te vernietigen. In mei 1942 vond de eerste grootscheepse aanval op Keulen plaats.

Daarna kwamen de andere belangrijke steden in het industriële Roergebied en Duitse steden als Berlijn en Hamburg aan de beurt. Arthur Harris was een voorstander van strategische tapijtbombardementen en geloofde niet in de uitvoerbaarheid van precisiebombardementen op essentiële sectoren van de Duitse oorlogsindustrie. De moderne oorlogsvoering kreeg een nieuwe dimensie toen de burger als doel werd gekozen.
Dood en verwoesting

In Engeland wordt bevelhebber Arthur Harris, een monument van verzet tegen Duitsland, nog steeds liefkozend 'Bomber' Harris genoemd. In Nijmegen zal daar met gemengde gevoelens kennis van worden genomen. Zij zullen zich vooral de puinhopen herinneren en het zoeken in de rommelhopen naar verloren bezittingen, familie, buren en vrienden.

Overal in Nijmegen hingen in februari 1944 aanplakbiljetten, waarop de namen van de doden waren vermeld. 771 mensen konden worden geïdentificeerd. Na een rouwplechtigheid in
concertgebouw de Vereniging werden de slachtoffers van het bombardement op Nijmegen naar hun laatste rustplaats op de algemene
begraafplaats aan de Graafseweg gebracht.

Het grootste leed was uiteraard voor hen die dierbaren hadden verloren, maar ook voor gezinnen die geen persoonlijke verliezen van het bombardement van Nijmegen hadden te betreuren kregen het niet gemakkelijk. Voor geestelijke nood was in deze jaren weinig aandacht. Kerkvaders spraken zalvende woorden en hulpcomité's richtten zich vervolgens op het lenigen van het materiele leed.
Hulp voor slachtoffers

In oktober 1944 werd het Algemeen Hulpcomité opgericht, waarin naast vertegenwoordigers van de Diaconie en het Bisschoppelijk Comité ook afgevaardigden werden opgenomen van Rijks- en Gemeente-instanties die door hun taak geroepen waren op enige wijze hulp aan de oorlogsslachtoffers te verlenen.

Tijdens de kerstdiensten werden in de kerken en huis aan huis collecten gehouden. Deze actie bracht het in die tijd respectabele bedrag van 150.000 gulden op. Toen na de Tweede Wereldoorlog de vrede was weergekeerd in Nederland kwam er nog veel meer geld beschikbaar voor Nijmegen. Hiervoor putte het Rijk onder meer uit de opbrengsten van de verkoop van Duitse eigendommen. De slachtoffers, mensen die hun woning en huisraad kwijtraakten, kregen goederen en geld, maar de herbouw van de gehavende stad kwam slechts langzaam op gang.

Tot ver in de jaren zestig dienden kaalgeslagen gebieden in de stad
Nijmegen als parkeerterrein. Pas in de jaren tachtig werd met ambitieuze nieuwbouwplannen het aanzicht rond de rivier de Waal verbeterd. Midden in de stad bleef een grote open ruimte,
Plein 1944, herinneren aan het verwoestende bombardement op Nijmegen.
PS
Wie leest weet meer en begrijpt beter. In onze
gewaardeerde nieuwsbrief schenken wij regelmatig aandacht aan de geschiedenis en de monumenten in de prachtige dorpen en steden van Gelderland. Lees
Nijmegen: Geschiedenis en wetenswaardigheden om meer te weten te komen over deze oude Nederlandse stad. Ook mensen die Nijmegen goed kennen zullen verrast worden met deze interessante uitgave over de Keizerstad aan de Waal. Het Vergissingsbombardement komt ook voor in onze uitgave
Nijmegen: Geschiedenis en wetenswaardigheden.
Ontvang elke werkdag
gratis geschiedenis per e-mail
Lees verder: geschiedenis Nijmegen
Gelderland
Nijmegen
Tweede Wereldoorlog in Nijmegen
Leestip
Geschiedenis Nijmegen

De rijke geschiedenis en de schoonheid van de oude Keizerstad is door Ruud van Capelleveen op een toegankelijke manier beschreven. 'Nijmegen: Geschiedenis en wetenswaardigheden' is niet alleen een goede aankoop voor geïnteresseerden die de stad willen bezoeken. Ook mensen die de stad goed menen te kennen zullen verrast worden door de laatste inzichten en de wetenswaardigheden die de auteur aanreikt.
Nijmegen
Gelderland

Deze uitgave over Gelderland van Ruud van Capelleveen is zeker niet saai te noemen. Gelderland heeft een rijke geschiedenis en ook landschappelijk veel te bieden. De auteur informeert u op onderhoudende wijze over de geschiedenis en wetenswaardigheden van de honderdvijftig meest interessantste plaatsen in Gelderland.
Bezienswaardigheden in Gelderland