Vrijlating van slaven
Manumissie

Tropenmuseum: Vrijlatingsbrief uit 1853
Onder bepaalde voorwaarden mochten slaven in Suriname ook voor de afschaffing van slavernij in 1863 worden vrijgelaten. De overheid wilde er grip op houden en al snel werden aan de vrijlating allerlei beperkingen en voorwaarden gesteld. Hiervoor stelde de gouverneur een vrijlatingsbrief op. Een dergelijke vrijlatingsbrief werd een manumissie genoemd.Vrijlating slavin
We zien hier een voorbeeld van een brief uit 1853 waarin de gouverneur van de kolonie Suriname toestemming verleende om de in 1829 geboren slavin Elisabeth Clasina Woiski vrij te laten. De uit 1853 daterende brief is onderdeel van de Collectie Stichting Nationaal Museum van Wereldculturen, waarin ook de verzameling van het Tropenmuseum in Amsterdam werd ondergebracht.Voorwaarden
De vrijlating betrof een afspraak tussen eigenaar en slaaf, maar toch legde de overheid de slaaf voorwaarden op. Zo gold er bijvoorbeeld een uitgaansverbod na 21.00 uur en mocht de vrijgelaten slaaf geen contacten onderhouden met nog in gevangenschap verkerende slaven. Bovendien moest de vrijgekomen slaaf de vroegere 'meester' altijd respect blijven bewijzen.Vrijlatingen
Manumissie betekende letterlijk: 'zending uit de hand'. Dit gebeurde regelmatig. In de database van alle Surinaamse gemanumitteerden vanaf 1832 tot aan de afschaffing van de slavernij in 1863 van het Nationaal Archief zijn 6.781 vrijlatingen gedocumenteerd. Ook voor 1832 werden manumissies opgesteld, maar deze zijn slecht te vinden. Zij zijn verspreid in verschillende archieven te vinden. Volgens een studie van Rosemary Brana-Shute vonden er in de periode tussen 1760 en 1828 nog geen 2.500 vrijlatingen plaats. Hieruit kunnen we concluderen dat slavernij in de negentiende eeuw door velen niet meer werd gezien als een logische bezigheid.Vrouwen
Opvallend is het grote aantal vrouwen onder de gemanumitteerden. Twee van de drie vrijgelaten slaven was van het vrouwelijke geslacht. De eigenaar liet vaak vrouwen vrij waarmee zij een relatie hadden onderhouden. Soms traden de vrijgelaten vrouwen in het huwelijk met hun voormalige eigenaar. Een andere grote groep vormden de slaven die wegens trouwe diensten in vrijheid werden gesteld. Ook bij deze groep gaat het meestal om vrouwen, want mannen moesten zwaar werk op de plantage verrichten. De vrouwen werden meestal als hulp in de huishouding tewerkgesteld en hadden daardoor meer direct contact met de plantagehouder en zijn gezinsleden.Europa
Een derde groep wordt gevormd door de slaven die door de eigenaar mee naar Nederland werden genomen. Tijdens de bezetting van de Republiek door Frankrijk aan het einde van de achttiende eeuw kwamen de Nederlandse koloniale bezittingen in Brits beheer. De Engelsen verboden in 1816 de trans-Atlantische slavenhandel. Hierdoor konden slaven alleen als vrije mensen meegenomen worden naar Europa.Zelfvrijkopers
Behalve de reeds genoemde groepen kunnen ook de zogenaamde zelfvrijkopers nog als groep genoemd worden. Zelfvrijkopers kwamen in Suriname en de Antillen niet veel voor, maar wel in de Portugese en Spaanse kolonies. Een zelfvrijkoper was een slaaf die door arbeid zelf gespaard had om daarmee zijn eigen vrijlating te bekostigen. Dit kon alleen als de slaaf een goede verstandhouding met zijn eigenaar had.Einde slavernij
Het door de Britten ingestelde verbod op de Trans-Atlantische slavenhandel werd door koning Willem I bestendigd. Hij schafte dit gebruik in juni 1814 met een soeverein besluit af. Vier jaar later werd dit besluit nog eens vastgelegd in een verdrag van Nederland met het Verenigd Koninkrijk. In 1860 werd de slavernij in delen van Nederlands-Indië beëindigd. Op 1 juli 1863 volgden Suriname en de Nederlandse Antillen. Op dat moment kregen 35.000 slaven in Suriname en 12.000 slaven op de Nederlandse Antillen hun vrijheid. De bestuurders waren bang dat de in vrijheid gestelde slaven massaal de plantages zouden verlaten, waardoor de economie in Suriname in de Nederlandse Antillen zou instorten. De slaven moesten daarom verplicht nog tien jaar bij de plantagehouder in dienst blijven. In Nederland herinnert het Nationaal Monument Slavernijverleden in Amsterdam aan de zwarte periode van de slavernij.PS
Wie leest weet meer en begrijpt beter. In onze gewaardeerde nieuwsbrief staan veel tips en wetenswaardigheden over geschiedenis en cultuur waar u echt iets aan heeft. Lees Door de Nederlandse Geschiedenis en Leven in de delta als u meer wilt weten over de geschiedenis van Nederland.Ontvang elke werkdag gratis geschiedenis per e-mail
Lees verder: meer geschiedenis
Hoofdpagina GeschiedenisGeschiedenis Slavernij
Leestip
Een informatieve gratis nieuwsbrief over geschiedenis. Interessante verhalen over Historische Plaatsen, Kastelen, Kunst, Royalty, WO2 en Wetenschap.
Al twintig jaar een begrip in Nederland bij liefhebbers van geschiedenis.
Mis niets ...
Neem nu een abonnement op onze
Gratis Nieuwsbrief
Mis niets ...
Neem nu een abonnement op onze
Gratis Nieuwsbrief
Geschiedenis Nederland
Leven in de delta is een aantrekkelijke geschiedenisbundel en een reis door de tijd en door Nederland. U ziet Nederland door de ogen van een liefhebber van geschiedenis: beleef het verleden van ons land aan de hand van opzienbarende feiten en mooie verhalen.Leven in de delta
Nederlandse Kastelen
Met 'Nederlandse kastelen: van motte tot buitenplaats' heeft Ben Hendriks een zeer toegankelijke studie geschreven over de geschiedenis van Nederlandse kastelen en het leven op kastelen door de eeuwen heen.Nederlandse kastelen
Betrouwbare informatie kost veel tijd en geld, maar dankzij onze populaire producten heeft u op onze website toch gratis toegang.


